Two of Us – Twee mannen, één recensie
The Beatles – Live at the Hollywood Bowl (2016)
De geschiedenis van de Hollywood Bowl opnamen.
Al vanaf de begindagen van de Beatles zijn pogingen ondernomen om een live-album van The Beatles op te nemen. Aanvankelijk was het de bedoeling om het debuutalbum van The Beatles live op te nemen in de Cavern, maar na een bezoek van producer George Martin op 9 december 1962 aan de club, bleek dit te veel door de enorme hoeveelheid vocht in de Cavern technische problemen op te leveren. Ook het voornemen om het concert van The Beatles in Carnegie Hall in New York in februari 1964 werd getorpedeerd, na problemen met de vakbond.
Het concert in The Hollywood Bowl op 23 augustus 1964 werd wel opgenomen op 3 sporen, door George Martin en zijn Amerikaanse collega Voyle Gilmour. De geluidskwaliteit – met name door het oorverdovende gegil van het publiek – werd echter te slecht bevonden om er een album van uit te brengen, hoewel 48 seconden van Twist and Shout op de Amerikaanse dubbelaar The Beatles’ Story werden uitgebracht. Het concert werd niet alleen opgenomen op band; het gehele concert werd professioneel gefilmd.
Een jaar later – op 29 en 30 augustus 1965 – werd, wederom in The Hollywood Bowl, weer een poging ondernomen om een live-album op te nemen. Ook nu bleken technische problemen roet in het eten te gooien. Zo werkte de microfoon van Paul tijdens de eerste vier nummers van het optreden van 29 augustus niet (zonder dat het publiek hier al te veel erg in had overigens). De banden belandden daarom wederom op de plank, hoewel Twist and Shout gebruikt werd voor de concertfilm over The Beatles in het Shea Stadium (en een groot deel van de rest van het geluid van die film werd opnieuw in de studio ingespeeld en gezongen).
Ook Phil Spector die na zijn werk aan Let it Be de banden kreeg in 1971, bleek niet in staat te zijn een fatsoenlijk album te maken van de Hollywood Bowl tapes.
Begin jaren ’70 zouden de opnamen van het concert uit 1964 voor het eerst hun weg vinden naar talloze bootlegs. Pas na de release van het dubbelalbum “Live at the Star Club” met opnames uit 1962 –zwaar bewerkt en van inferieure geluidskwaliteit – besloot Capitol alsnog een LP uit te brengen van de Hollywood Bowl-concerten, gemixed en geproduceerd door George Martin. Hiervoor werden de 3-tracktapes – samen met technicus Geoff Emmerick – omgezet naar 24 sporen.
Het album bestond met uit een compilatie van songs van alledrie de concerten en behaalde de eerste plaats in de Engelse hitlijsten en een tweede plaats in de Verenigde Staten. Het album werd in 1984 als midprice album op het MFP-label heruitgebracht. Een jaar later werd besloten het album niet meer te herdrukken.
In de jaren erna zou nog twee maal teruggekeerd worden naar de Hollywood Bowl-tapes: in 1995 werd Baby’s in Black uitgebracht op de CD-single van Real Love en opnames van I Want To Hold Your Hand werden – samen met de studioversie – gemixed voor het album Love uit 2006.
De CD-uitgave
Op 9 september 2016 is het Hollywood Bowl album uit 1977 alsnog op CD, als download en via onder andere Spotify verschenen (een vinylversie volgt pas in november), aangevuld met vier bonustracks. Het album dient als ondersteuning van de Ron Howard-film Eight Days A Week.
Voor de release is niet teruggekeerd naar de mastertapes van de LP-release uit 1977 maar is gebruik gemaakt van teruggevonden 3-tracktapes die van betere kwaliteit zijn dan die gebruikt zijn voor het oorspronkelijke album. Deze keer is het Giles Martin, de zoon van George Martin, die het album geproduceerd heeft.
De geluidskwaliteit
Naast de oorspronkelijke vinylversie van The Beatles Live at the Hollywood Bowl kan het geluid van de huidige CD vergeleken worden met de al eerder in het illegale circuit uitgebrachte complete 3 Hollywood Bowl concerten – in stereo zelfs. Hierop is te horen dat de drums van Ringo en de bas op het linkerkanaal te horen zijn, de gitaren op het rechterkanaal en de zang in het midden, net als op de oorspronkelijke LP. Op de nieuwe CD is het geluid wat gecomprimeerd naar een een natuurlijker beeld waarbij het geluid iets meer naar het midden is gemixed.
Wie de oorsponkelijke tapes hoort, kan zich afvragen of het geluid nu echt zo slecht was. Met name op de LP spatten de drums van Ringo van het vinyl af. De geluidswinst in de nieuwe uitgave is met name te vinden in het veel betere basgeluid van Paul. Ook het gegil van het publiek – hoewel nog steeds prominent aanwezig – is iets meer naar de achtergrond verdwenen. Daarnaast is meer echo aan de stemmen toegevoegd. Laatstgenoemde wijziging is overigens een kwestie van smaak. George Harrison had er een tamelijke hekel aan en ook ikzelf ben eerlijk gezegd meer gecharmeerd van de wat directer klinkende zang in de mix van George Martin.
De songs
De Beatles waren in hun hoogtijdagen niet de beste live-band. Wie wil horen hoe goed The Beatles live waren, zou – ondanks de geluidskwaliteit - moeten luisteren naar de Star Club tapes. Dat de band in de jaren 1963 tot en met 1966 live minder uit de verf kwam is niet verwonderlijk. Het publiek schreeuwde zo hard dat er van de concerten in de zaal amper wat te horen was en de beperkte hoeveelheid versterkers en het gebrek aan monitorspeakers zorgden er voor dat The Beatles zichzelf niet eens konden horen. Dit in ogenschouw nemende zijn de Hollywood Bowlopnames verbluffend goed. De liveversie van She’s a Woman wordt zeer strak gespeeld en klinkt daardoor zelfs beter dan de studioversie. Ook is het een wonder dat John, Paul en George in staat zijn zonder zichzelf te horen, nog steeds goed driestemmig te kunnen zingen, zoals in bijvoorbeeld Help! goed te horen is. Hoewel de studioversie van Twist and Shout onnavolgbaar is, spat de opwinding van de liveversie ook uit de speakers. Een belangrijke reden hiervoor is het ontzettend strakke drumwerk van Ringo, ook goed te horen op Dizzy Miss Lizzy. Hoewel Starr zich later zou beklagen om het feit dat hij live niet meer kon doen dan de maat houden als richtlijn voor de anderen en zijn bekende drum-fills daardoor achterwege liet (met uitzondering van Ticket to Live, die niet het hoogtepunt van de CD vormt) is het juist het de back beat van Ringo die de band bindt.
Bij de meeste nummers blijft de band trouw aan de studioversies, met uitzondering van Things we said today, waarbij de middle-eight aanzienlijk met meer rockstijl wordt gespeeld, waardoor het nummer direct anders klinkt. Daar staat tegenover dat de stemmen hier en daar wat twijfelend klinken en Ringo iets te snel drumt.
Ook (bonustrack) Baby’s in Black wordt met meer enthousiasme en met meer bravoure gespeeld dan op Beatles For Sale. Opmerkelijk feit is dat voor de versie op de CD-single van Real Love het intro van 29 augustus wordt gebruikt (maar voor het nummer zelf de versie van 30 augustus), waar op deze versie het intro van 30 augustus wordt gebruikt!
Is de Hollywood Bowl CD een aanrader?
Hoewel The Beatles live at The Hollywood Bowl nog steeds opwindend klinkt en er muzikaal weinig op af te dingen is, valt er helaaas ook wel wat aan te merken op de nieuwe cd. De voorkant van het album is gebaseerd op de filmposter en oogt met veel tekst en de felblauwe kleur schreeuwerig.
Mijn belangrijkste bezwaar is echter gelegen in het feit dat het album van 1977 als basis is genomen voor de huidige cd. Dit betekent dat nummers van de concerten uit 1964 en 1965 elkaar afwisselen.
Dat de opnames van 29 augustus 1965 deels door technische problemen deels onbruikbaar zijn is begrijpelijk. Maar aangezien de Beatlesoptredens circa 30 minuten duurden, had het concert uit 1964 samen met het concert van 30 augustus 1965 op 1 cd kunnen worden uitgebracht. Goed, er zouden wat overlappingen zijn qua nummers maar historisch gezien wordt in dat geval een beter beeld geschetst van de concerten. Wat ook niet voegt is dat de originele (LP-)gedachte om een in elkaar overlopend concert te creëren wordt doorbroken door de bonusnummers. Bovendien ontbreken op de nieuwe cd nog steeds I’m Down en If I fell (volgens Giles Martin om technische redenen). Hoewel mij dat op bootlegopnames niet eens direct is opgevallen zou dit, wederom uit historisch oogpunt geen onoverkomelijk probleem moeten zijn.
De Hollywood Bowl cd hinkt daarmee te veel op twee gedachten. Voor het grote publiek is een aanvaarbare geluidskwaliteit gekozen, waarbij het de vraag is of een live-cd voor een groot publiek interessant is. Voor de doorgewinterde Beatlesfan had een boxset waarbij een dwarsdoorsnede van het live-ouevre tussen 1962 en 1966 met een rijk geïllustreerd boekwerk een betere keuze geweest. Daarmee is live at the Hollywood Bowl een van de minder interessantere Beatlesreleases van de afgelopen jaren.
Ron Bulters
Hoi Ron
Heb je vandaag al naar buiten gekeken? De lucht is net zo strakblauw als de hoes van het laatste Beatle product.
Ik zal eerlijk met je zijn; het was niet de release waar ik reikhalzend naar uit keek. Het geluid van de boeiing (zoals ik het geschreeuw van de meisjes noem) heeft ervoor gezorgd dat ik nooit zo'n interesse heb gehad in het Beatle-live werk. Maar ik ben volledig om. Dat heeft vooral met afgelopen donderdagavond te maken.
Donderdag was de wereldwijde première van de documentaire 'Eight Days A Week'. Via streams kon je het 'rode loper' moment volgen. Weer die strakblauwe hemel. Liam Gallagher van Oasis was er, Michael Palin mocht even een zegje doen. Maar het wachten was natuurlijk op 'The Last Man Standing'. En juist dat feit zorgde ervoor dat ik opeens een brok in mijn keel kreeg. Tijdens een interview op de loper met Michael Palin klonk er opeens luid gejuich en op de achtergrond werd 'Live At The Hollywood Bowl ' een tandje harder gezet. Twee auto's stopten en iedereen wist wie erin zat. Paul en Ringo stapten uit en genoten zichtbaar van alle aandacht. Met name Paul nam nog veel tijd voor zijn fans en signeerde zelfs hier en daar wat platen en posters. Iets wat Ringo al een tijd niet meer doet en dit nog eens fijntjes kenbaar maakte. 'McCartney hoeft dit niet meer te doen', dacht ik. 'Hij had gewoon met een zonnebril op naar binnen kunnen rennen en iedereen had het begrepen.' Maar dat is juist de kracht van The Beatles. Ze zijn een stukje van ons geworden omdat ze zo ontzettend goed de opwinding van het jong zijn en de weg naar het ouder worden wisten te vertalen in woord en muziek. Ze zijn de soundtrack van een heel wat generaties. En opeens was het besef daar dat dit wel eens de laatste keer zou kunnen zijn. Alles is namelijk nu wel gezegd. Althans; door deze twee heren. De rest van de Beatle geschiedenis zal opgetekend worden door archief idioten als Mark Lewisohn. Dat zal vast accuraat en veel eerlijker zijn dan het verhaal dat we van het viertal in de afgelopen jaren hebben gehoord. Maar het grote jongensboek waar alleen Paul en Ringo nu nog uit kunnen vertellen gaat straks dicht. Ik kan me de opwinding van The Anthology nog zo goed voor de geest halen. Wat vonden we het met z'n allen erg dat Lennon er niet meer bij was. De vergankelijkheid kwam bij de première van de nieuwe documentaire opeens heel hard aan. Nog maar twee mensen die in het middelpunt staan. En aan het gezicht van Paul viel af te lezen hoezeer hij zijn vrienden van weleer miste.
De cd dan. Zoals gezegd; ik keek er niet bepaald naar uit. Maar wat meteen opvalt is natuurlijk de geluidskwaliteit. Die is enorm verbeterd. Schreeuwende meisjes kun je niet uitzetten maar ze zijn wel naar de achtergrond gedrukt. Het stoort me nu zelfs niet eens meer. Het is immers een belangrijk deel van de Beatle-geschiedenis. Maar waar ik me vooral bewust van werd was de onmetelijk energie die ze op het podium hadden. Er van uitgaande dat zichzelf niet konden verstaan speelden de jongens veel beter live dan hun generatiegenoten. 'She's A Woman' is er zelfs in de live uitvoering op vooruit gegaan. Het is dan ook het hoogtepunt van het album. Let ook op de extra basdrum beat van Ringo! Verder is het de stem van Paul die op dit album floreert. Ik durf het nog sterker te stellen. Het zijn de liedjes van Paul die het album zo mooi maken. Lennon lijkt met tracks als 'Help' en 'Ticket To Ride' er helemaal geen zin in te hebben. Hier mis ik juist de energie. Alleen tijdens Dizzy Miss Lizzy hoor ik Lennon zoals we hem kennen. Schurend en puur rock ´n´roll. Wat dat betreft is die tweedeling in de band al goed te horen. McCartney de eeuwige showman die nooit verzaakt versus Lennon de man die het helemaal heeft gehad met de live shows en het liefst de studio inkruipt. De extra galm die we op de stemmen horen komt af en toe wat kunstmatig over maar het is uiteindelijk voor de duidelijkheid wel effectief te noemen. Er is hier en daar wat kritiek dat er is vastgehouden aan dezelfde tracklist van ´Live at the Hollywood Bowl´, met als gevolg dat de concerten uit 1964 en 1965 door elkaar staan. Ik vind dat geen bezwaar aangezien George Martin dit ooit zo bedoelde en ik vind dat je van sommige dingen af moet blijven. Wel wil ik wijzen, en dat heb ik nog nergens gelezen, op de ontzettende lelijke edit van het publieksgeluid richting ´Boys´. Onbegrijpelijk vooral omdat Giles tijdens de heruitgave van '1' onlangs ook al zo'n lelijke edit fouten maakte.
Al met al ben ik blij verrast met deze release waar je enerzijds de vermoeidheid en de gigantische energie naast elkaar hoort liggen. Is dit nu het laatste wat er naar buiten komt aan Beatle materiaal? Of komt er nog een klein hoofdstukje in dit grote jongensboek. De tijd zal het leren.
Tim op het Broek