Fotojournalist John Mazziotta wilde zijn dochter in 1964 niet meenemen naar een Beatlesconcert in Dallas, dus toen deed hij iets wat bijna net zo goed was: hij gaf haar zijn foto’s en negatieven.
Jan Howes, die toen 10 jaar was maar al helemaal verliefd op de Beatles, zag de band niet toen ze op 18 september 1964 in Dallas optraden, maar haar vader wél.
Het was ten slotte zijn werk: John Mazziotta was hoofdfotograaf van de Dallas Times Herald en had opdracht gekregen om John Lennon, Paul McCartney, George Harrison en Ringo Starr te fotograferen vanaf hun aankomst op vliegveld Love Field tot hun daverende optreden in het Memorial Auditorium. Mazziotta heeft er nog even aan gedacht om zijn dochter mee naar het optreden te nemen, maar liet dat idee varen toen hij het bericht hoorde dat er meisjes in het ziekenhuis waren opgenomen, nadat ze zich tegen de spiegelglasramen van het Cabana Motor Hotel drukten, die uiteindelijk braken.
“Dallas was ook zo’n gekkenhuis”, herinnert Harrison zich jaren later, en Mazziotta wilde dat niet voor zijn dochter, niet zo vlak na wat er een jaar daarvoor was gebeurd. “Hij voelde zich er rot over, maar het was net na de moord op Kennedy”, zegt Jan Howes. “Maar ik was helemaal gek van de Beatles. Ik had een transistorradiootje gekregen en luisterde naar ze door dat krakerige luidsprekertje en ik kan me Ed Sullivan nog herinneren als de dag van gisteren.”
(Bron: Dallas News)
(Vert.: Linda Weller)