“Overal waar ik kom zijn mensen gelukkig.”
Je opent de deur, wandelt rustig een of andere onbekende Starbucks binnen omdat je wilt ontsnappen aan de regen en er gaat een zucht van verwondering door de volgepakte zaak. De mensen realiseren zich dat ze niet aan het dromen zijn en barsten uit in een enthousiast applaus. En dit alles omdat je zomaar ergens binnenliep voor een middelmatige kop koffie.
Gezichten lichten op als kerstbomen, mobiele telefoons worden snel uit hun hoesjes gehaald en een vrouw, halverwege de vijftig, barst in huilen uit. Dit is een verhaal dat ze de rest van haar leven zal blijven vertellen. Het maakt niet uit of het iemand als Joe, die je in een herentoilet tegenkomt of de president van de Verenigde Staten, de reactie is steeds hetzelfde: ze kunnen niet geloven dat jij het echt bent.
Dat is een manier van leven die Paul McCartney de laatste 50 jaar heeft geleefd.
Kun je je voorstellen dat mensen elke dag opnieuw op deze manier reageren op jou? Je zou toch helemaal flippen en echt je realiteitszin verliezen. Het zou je veranderen in een monster Of het zou je zodanig veranderen dat je eigendunk zo groot wordt dat je vergeet wie je werkelijk bent. Dat gebeurt nu met Justin Bieber en ik hoef je niet te vertellen dat dat niet goed zal gaan. En met Paul, dat is tien keer Bieber. Niemand houdt dit een maand lang vol, laat staan 50 jaar. Uitgezonderd hij, Paul McCartney.
Beroemdheden duiken voor sport dagelijks onder om dan plotseling tevoorschijn te komen tussen giechelende schoolmeisjes en tieners, die helemaal uit hun dak gaan bij het zien van Paul McCartney. We hebben allemaal wel eens gedroomd beroemd te worden, en zij die die droom werkelijkheid hebben zien worden praten er steeds over hoe met die roem om te gaan. Vooral wanneer ze uit zijn met hun kinderen of gewoon zin hebben in een broodje.
Het heeft Kurt Cobain zijn leven gekost. Het zou ook mijn leven hebben gekost, als ik in mijn twintiger jaren zou zijn gaan wonen in een oud huis , ver van de vijf andere jongens, terwijl mijn superster-zijn hoop gaf aan een hele generatie jongeren, die opgroeiden in gebroken gezinnen. Het legt een enorme druk op je, vooral ook wanneer je niet de vaardigheid hebt met die druk om te gaan, zoals Kurt. Dat geldt eigenlijk voor bijna iedereen, behalve dan voor Paul McCartney.
Hoe gaat hij ermee om? Nou, eerst een verhaaltje. Ik luisterde naar de WTF podcast van komiek Marc Maron, hij interviewde een van mijn meest favoriete mensen, Dave Grohl. Ze hadden het over Dave's geweldige documentaire, Sound City ( de beste film die ik afgelopen jaar heb gezien) toen het gesprek afboog naar de tijd dat Grohl in de studio zat met Paul McCartney voor de opname's van de film. Een paar muzikanten zijn beroemder dan Dave op dit moment, en hij was er helemaal weg van om met Sir Paul te werken. Hij zei dat die hele dag als een film voorbij kwam, maar op een goeie manier. McCartney was de enige reden dat hij ooit muziek is gaan maken.
De conversatie schakelde terug naar hoe mensen iets gedaan krijgen als ze zo gefascineert zijn. Letterlijk iedereen die aan de plaat heeft meegewerkt, van de muzikanten tot de technici waren, ergens in hun jonge jaren beïnvloed door naar de Beatles te luisteren toen ze op het tapijt lagen terwijl hun 45 toeren op hun platenspeler draaide. Het werd duidelijk toen Dave uitlegde dat Paul McCartney zo verschrikkelijk goed is in het Paul McCartney zijn.
"Hij begrijpt het." Verteld Grohl. "Hij snapt hoe je je voelt als je hem tegenkomt, en hij stelt je op je gemak. Hij is een fantastisch persoon, en begrijpt zijn rol in het universum helemaal. Op een hele realistische manier."
Hoeveel mensen begrijpen hun rol in het universum ? Steek je hand maar op.
Om nog wat meer context aan Dave's uitleg te geven, een rock journalist die McCartney interviewde vroeg naar het fenomeen dat waar hij ook komt mensen uit hun dak gaan. De voormalige Beatle merkt op hoe geweldig het is.
"Het is een van de grote voordelen van mijn leven, overal waar ik kom zijn mensen blij."
Wauw. Je kon het zien tijdens de grote 50ste Beatles verjaardag op CBS een paar weken geleden. Elke ster die een Beatles nummer speelde keek uit naar de goedkeuring van McCartney en hij gaf het graag of ze het lied nou om zeep hielpen of niet. En dat deden er een paar (inclusief Ringo). Hij begreep hoe blij deze muzikanten waren om deze ongelooflijke nummers te spelen die met de jaren alleen maar beter worden, en wat het voor hen betekende.
Dus in een wereld waar het allemaal over hem gaat, draait hij het om naar jou. En als je een stap achteruit zet en er naar kijkt dan is dit de enige manier om met dat niveau van beroemd zijn om te gaan, dat misschien maar een handje vol mensen in de afgelopen 50 jaar ooit bereikt hebben. Je vecht niet zo hard tegen roem, je omarmt het gevoel wat het anderen geeft.
In een tijd waarin beroemdheden epische rampen kunnen zijn, leert de grootste op deze planeet ons hoe je gelukkig kunt zijn en met mensen om moet gaan: zorg dat het om hen gaat , niet om jou. Misschien had hij ooit Kurt kunnen leren dat in plaats van de golf te bevechten, het beter is hem te bevaren.
Waarschijnlijk goed advies voor ons allemaal.
(Bron: themaccareport.com)
(Vert.: Toine Gribling, Trix van Twist)