Hij was een van de beste vrienden van John Lennon en een van zijn vertrouwelingen. Met de herdenking van de verjaardag van de moord op John Lennon door M.C. op 8 dcember vertelt Eliiot Mintz over de John Lennon zoals hij hem kende — zijn demonen, zijn liefde voor Ierland, zijn samenwerking met Paul McCartney en zijn liefde voor Yoko Ono. Hij was vele jaren de uitgever van Lennon, en dus leerde Mintz het rockicoon op een heel andere manier kennen dan de meeste van zijn fans — John was een enigma voor anderen, maar vooral voor zichzelf.
In oktber 1980 zag ik John voor de laatste keer ‘levend’. Het was na een opnamesessie in New York. Hij had daar net het album Double Fantasy opgenomen. We keerden terug naar het appartement in het Dakotagebouw, van waar je een prachtig uitzicht had over Central Park. Hij kocht het appartement in 1973. We bleven lang aan de praat, Yoko was in slaap gevallen.
Op het einde van de avond liep hij met me mee tot aan de voordeur. We wisselden nog een paar woorden en namen afscheid — dat was de allerlaatste keer dat ik John zag. Ik kan me nog herinneren dat ik hem zei dat ik zou terug wandelen naar mijn hotel, het Plaza, een 10 of 15 blokken verder. ‘Goede nacht’ riep hij nog. Hij noch ik hadden er enige notie van dat er iets ging gebeuren. Hij werd amper een week later vermoord.
Als ik terugblik, kan ik me alleen erg gelukkig prijzen dat ik John en Yoko ontmoet heb. Ik werd een beetje closer met het koppel toen ik hen in 1971 mocht interviewen voor mijn programma op de radio. En het klikte meteen. De vriendschap begon daar te groeien.
John leefde voor een groot deel in de openbaarheid. Maar hij deed dit heel intens. Hij gebruikte zijn bekendheid om de dingen waar hij echt in geloofde te promoten. Zo gebruikten John en Yoko hun huwelijksreis als ‘evenement voor de vrede’. Zij vonden dat je vrede kon verkopen net zoals je tandpasta verkoopt.
Op het moment dat hij vermoord werd, waren we goede vrienden geworden. Ik was diegene die John ophaalde aan de luchthaven in Los Angeles aan het begin van zijn zogenaamde ‘Lost Weekend’ in 1973.
Provoceren was een aspect van John’s leven en dat riep veel nieuwsgierigheid op. De relatie tussen John en Yoko raakte uit balans. Zij dacht dat het goed zou zijn voor hem dat hij weg ging uit New York, en elders een tijdje zou doorbrengen.
Zij stelde voor om naar Los Angeles te gaan en dat deed hij ook. Hij keek uit naar zijn nieuw gevonden vrijheid. Ik herinner me nog dat hij me vroeg hoe het leven was in LA. Ik denk niet dat hij het zo gepland had, maar hij bleef er 18 maanden rondhangen. Het was John die de benaming ‘Lost Weekend’ bedacht, en hoewel ik denk dat hij er veel plezier maakte, bleef hij toch diep van binnen verlangen naar New York en naar Yoko. Ik denk niet dat de tijd die John doorbracht in LA een heel gelukkige periode was.
Ik zeg niet dat hij zich er constant miserabel voelde. Hij maakte er interessante muziek. Hij had ook contact met interessante mensen waar hij van hield — heel speciaal dan met Harry Nilsson. Hij wilde ook contact met de andere Beatles als die in de buurt waren. Hij had ook contact met Keith Moon en Elton John tijdens deze afzonderingsperiode. En ik herinner me ook nog dat we verschillende keren samen met Mick Jagger uitgingen. En ja hoor, John vermaakte zich best elke keer.
Maar hij bleef Yoko missen. De scheiding deed hem pijn. Hij deed dingen waar hij thuis in zijn gehuwde status niet zou toe komen. Maar hij miste de speciale band die hij had met haar. Maar hij kon met enkele dingen in het reine komen.
Hoe was de samenwerking tussen hem en Paul McCartney? Net zoals in elke vriendschap waren er hoogtepunten en dieptepunten. John zei me daarover: ‘Soms zijn we net een oud getrouwd stel — ze hebben mekaar altijd al door en door gekend en ze hebben punten waar ze het grondig over oneens zijn en ruzie over maken’. En dat deden John en Paul zeker. Maar op het einde waren al de ‘ruzies’ die hij had met Paul uitgepraat. Ik vroeg hem in een interview voor televisie ‘of The Beatles ooit nog samen zouden komen?’. En hij zei me: ‘De wonden zijn geheeld, de enige vraag die nog open blijft is zullen we ooit nog samen muziek maken’. Vele mensen dachten dat Paul en Yoko een ‘moeilijke’ relatie hadden, dit kwam voort uit een klein dispuut dat ze hadden in de Beatlesjaren. Maar toen John stierf, kwamen Yoko en Paul als goede vrienden overeen.
Mensen vragen zich wel eens af wie wat schreef wat in de vele nummers van het schrijversduo Lennon en McCartney. Als je even terugblikt naar het interview in Playboy van december 1980, daarin staat een erg lang interview met John waarin hij bijna nummer na nummer bespreekt en ook zegt wie het schreef.
Veel Beatlesklassiekers werden door ofwel John, ofwel Paul alleen geschreven. En het is dan ook wondermooi dat Paul ‘Give Peace A Chance’ zingt in het nummer van Lennon. McCartney is en blijft een van de grootste artiesten, toen en ook nu nog.
Even terugkomen op het ‘Lost Weekend’, misschien denk je wel dat het leven als single een bepaalde aantrekkingskracht had op John. Je herinnert je misschien wel dat John zich zelden gedroeg als een gehuwde man, hij kwam altijd over als de vrolijke vrijgezel. Hij was nog heel jong toen hij Cynthia, zijn eerste vrouw, ontmoette. Zij werd zwanger heel kort nadat ze een relatie begonnen. Toen dat gebeurde in die tijd, moest je als man je plichten nakomen en huwen.
Hij wilde echt wel het beste maken van dit huwelijk — maar het lukte niet. Onmiddellijk na zijn eerste huwelijk rolde hij in een relatie en daarna een huwelijk met Yoko. Dus heeft hij eigenlijk geen enkel idee hoe het voelt om te leven als een vrijgezel..
In die periode had hij ook een verhouding met May Pang, de assistente van hem en van Yoko in NewYork. Ik behandel dit gebeuren met de nodige discretie omdat ik veel respekt heb voor haar. En toch denk ik dat ze me niet mag. Geregeld maakt ze negatieve, weinig flatterende opmerkingen over mij.
May heeft een boek geschreven en heeft veel interviews gedaan waarin ze praat over de waarde, de positieve impact van haar relatie met John. En wie ben ik om daaraan te twijfelen?
Alleen wil ik eraan toevoegen dat wat ik zag was dat John maar van een vrouw echt hield, en dat was Yoko.
Dat is mijn kijk op de hele zaak. En natuurlijk weten we dat John terugkeert naar New York en naar Yoko. En ze krijgen samen een zoon.
John beschrijft wat later de laatste jaren van zijn huwelijk en vaderschap zouden zijn, als de meest mooie jaren van zijn leven — en dit zijn zijn woorden, niet de mijne. Nooit heeft hij gezegd om te wilen terugkeren naar de vrijheid, naar LA.
John had geen angst om ouder te worden. Hij stelde zichzelf voor als oud man in een oud hoevetje aan de kust van Ierland. John had vaak dromen over een verre toekomst, en dat was wat hij wilde doen ... ooit.
Je ziet ook zijn liefde voor Ierland in zijn beslissing om zijn zoon Sean te noemen. Hij spelde de naam ook op de traditionele Ierse wijze. John was zich heel bewust van zijn roots, zijn afkomst en hij hield enorm van Ierland en de Ieren. Het was een deel van het Ierse bloed dat door zijn aderen stroomde.
Hij sprak over de problemen, schreef er liedjes over, en was zich heel erg bewust van de politieke situatie in Ierland in de jaren 70. Hij toonde een grote interesse en voelde zich erg triest om wat daar gebeurde. Je kan deze dingen horen in de liedjes die hij in deze periode schreef.
Hij was zeker geen politiek expert. Toch voelde hij een diepe onvrede met wat er in Ierland gebeurde. Zoals heel veel Amerikanen hier ook een wrang gevoel bij hadden. Ze waren zich allemaal heel bewust van het brute, zinloze geweld dat in het Noorden ten toon gespreid werd, en voelden mee met wat de mensen daar moesten doorstaan.
Er wordt vaak gezegd dat John een slechte vader was voor zijn zoon Julian uit zijn eerste huwelijk met Cynthia. Ik hou er niet zo van om met de vinger te wijzen over hoe een ander handelt in familiale aangelegenheden. We maken allemaal wel eens fouten.
John zei vaak dat Julian geboren werd op het hoogtepunt van Beatlemania. Hij had de keuze om thuis te zitten bij Cynthia en zijn zoon Julian of naar de Ed Sullivanshow gaan en een wereldtournee maken. Hij koos voor dit laaatste, hij koos er voor een Beatle te zijn.
Tijdens de jaren die hier op volgden, bracht hij dus niet veel tijd door met Julian. Ze zagen elkaar weinig tot hij op het einde van zijn leven de bruggen begon te herstellen die hen zo lang van elkaar gescheiden hielden. Ik herinner me een welbepaalde dag dat hij naar me thuis kwam en me voorstelde aan een jonge Julian die op bezoek was in LA. Hij leek erg trots op zijn zoon, en heel erg trots dat hij zijn zoon aan me kon voorstellen..
Een ding is zeker. Toen Sean in 1975 geboren werd was hij zich zeer bewust van het feit dat hij deze keer geen fouten wilde maken, hij had lessen getrokken uit zijn relatie met Julian. Hij besloot een full-time, aanwezige vader te zijn. En hij hield zijn belofte. Hij was voor de volle 100% bezig met de opvoeding van zijn kind, meer dan ik ooit een vader heb zien doen.
Hij was alert om geen fouten meer te maken. Moest hij nu bekritiseerd worden omdat hij zo veel liefde en aandacht aan Sean gaf? Neen. Mensen hebben hem bekritiseed omdat hij een afwezige vader was tijdens het groot groeien van Julian. Ik ben er van overtuigd dat dit iets is waar alleen Julian kan over beslissen, niemand anders hoeft hier een mening over te hebben. Natuurlijk weten we dat er een periode was dat Julian boos was op zijn vader, teleurgesteld over hoe zijn vader hem behandelde. Hij heeft dit vaak verwoord, maar dit is verleden tijd. Julian werd goed verzorgd en dit alles is voorbij. Ik kan dit met een absolute zekerheid zeggen want Julian was mijn buur voor een tijdje.
Laatst hoorde ik hem nog hele lieve dingen zeggen over zijn vader. Ik vraag me soms af hoe de relatie tussen John en Julian zou geëvolueerd zijn, moest John nog leven.
Ik wil John zeker niet verheerlijken hoor. Hij was soms een griezelige, onbeschofte dronkaard. John kon niet meer drinken dan een enkel glas — zo was het gewoon. Maar hij bleef drinken. Zijn favoriete drankje was ‘Brandy Alexander’, een coctail van brandy met room of melk. Harry Nilsson dronk constant brandy. Harry kon iedereen onder tafel drinken.
Na een drankje werd John heel vrolijk, vrolijker dan hij gewoonlijk al was. Maar na het tweede drankje kwam er een gemoedsverandering. En na het derde drankje wou je eigenlijk liefst niet meer bij hem zijn.
Nadat hij in 1975 terugkeerde naar Yoko, stopte hij met drinken. Hij dronk geen druppel meer. Hij was zo veel beter zonder alcohol. In Los Angeles was het heel anders: hij dronk toen heel veel. Toen hij opnames deed met Phil Spector, was er een hele boel drank en ander geestverrumend spul aanwezig in de studio. Dat was niet goed voor John. Hij was een van die mensen die ongelukkig worden als ze drinken.
Maar zelfs als hij niet dronk, kon John verbaal agressief uit de hoek komen. Hij was in geen geval dus een heilige. Ik hield van John. Maar ik zag hem niet als een ‘Beatle, ik zag hem als een vriend.
Hij had een eigen mening en was gepassioneerd bezig en dat is de reden waarom het zo goed klikte tussen ons. John zei altijd wat hij echt dacht of wilde. Hij was niet bang om dat uit te spreken. Luister maar naar zijn platen, lees zijn brieven. Hij had over alles en iedereen een eigen opinie.
Compromissen sluiten dat stond niet in zijn woordenschat en dee hij dus niet. Na twee drankjes werd hij steevast boos in een discussie — en na drie of vier werd hij vaak agressief. Neen, hij nam geen bat en sloeg daarmee op je hoofd maar de boosheid, de agressie maakte zich wel meester van hem, werd een deel van hem.
John was er van overtuigd dat hij door de FBI gevolgd werd, en hij had daar zo als achteraf bleek, een goede reden voor. Ze bekeken hem als een oproerkraaier, een lastzoeker. Hij was openlijk tegen de Vietnamoorlog en heel veel jonge mensen keken naar hem op.
Hij had geen ‘groene kaart’ en de autoriteiten probeerden hem op alle mogelijke manieren het land uit te zetten. Hij spendeerde heel veel geld aan rechtzaken om zo legaal toestemming te krijgen om in Amerika te mogen blijven.
Om John beter te begrijpen moet je weten dat John’s moeder gedood werd toen hij 15 was. Zij stak de straat over en werd aangereden door een politieman die geen dienst had. Dus bracht John maar 15 jaar van zijn leven door met een moeder naast zich. Dit is heel verschillend van iemand die zijn hele leven met een moeder delen kan. Hij sprak niet zo vaak over haar met mij, vrij zelden eigenlijk. Hij schreef wel nummers over haar.
Haar dood had een grote invloed op John. Toen John geboren werd, zijn vader was een zeeman, keerde die de familie de rug toe. Dus wanneer zijn moeder overleed, bleef hij helemaal alleen achter. In feite werd hij toen voor de twee keer alleen achter gelaten.
En hij was nog maar een tiener. Maakte dit voorval van hem de muzikant die hij later werd? Wel, de geschiedenis leert ons dat kort na zijn moeders overlijden hij een gitaar pakte en muziek begon te maken. Hij vormde een band. Je kunt hierover dischussieren maar misschien vond hij zo een manier om via de muziek het gebeuren te verwerken, een plaats te geven.
Ja, natuurlijk werd hij groot gebracht bij zijn tante Mimi. Maar als 15-16 jarige zo zonder ouders zoek je naar en uitlaatklep. Voor hem werd dat de muziek.
Sommige mensen zeggen dat John in Yoko een moederfiguur zag. Ik zag enkel een grote normale aantrekkingksracht tussen een man en een vrouw en vond dit compleet normaal. Soms zei John als ik vroeg of we ergens een hapje gingen eten, ‘Oh voor mij maakt het niet uit, vraag maar aan moeder’. Maar ik denk dat veel mensen dit zeggen, het was een koosnaampje en hij zei het altijd met heel veel liefde.
John was niet gelovig. Toch bracht hij een nummer dat de titel ‘God’ kreeg. Als je naar de woorden luistert is zijn kijk op de zaak heel duidelijk. Ik had een totaal andere kijk op de dingen en we gingen hier vaak over in discussie. John geloofde heel sterk dat ieder mens zijn eigen lotsbestemming in handen heeft.
En hij had gelijk. Totdat hij zijn lotsbestemming uit handen moest geven …
(Bron: hotpress.com)
(Vert: Janien Nuijten-Colans)