Wat een stem heeft die man. Platte klinkers, je kan je inbeelden dat ze naar beneden gegooid werden vanop een flatgebouw om dan keihard op de stenen uiteen te spatten.
Een heel erg Liverpools accent, dat elk woord donker doet klinken als het klotsen van de Merseyrivier. Heel weinig variatie in volume, geen verbuigingen maar af en toe een veelzeggende pauze die je de indruk geeft dat de man een ongelooflijk gevoel voor humor heeft.
Ja, je hebt het bij het rechte eind. Ik heb een babbel met Ringo Starr — de beroemde mijnheer die ooit, voor heel veel kinderen een vaste waarde was op televisie, als de stem van ‘Thomas, the Tank Engine’. En nu ik er over nadenk, bracht hij het grootste deel van de jaren 60 achter zijn drumstel door als deel van ‘The Beatles’. Je hebt zeker al eens van hen gehoord.
Hoe gaat het, Ringo? 'Geweldig, dank u', zegt hij vanuit een chique suite in het Hollywood London Hotel. 'En ik moet zeggen, het doet goed om je stem te horen. Ik heb hier in deze hotelkamer gewoon zitten wachten op uw oproep.'
Zie je ... dit is een hoogtepunt. Maar waar begin je als je de unieke kans krijgt om met deze man te praten? Hij behoorde immers tot de Fab Four, de band die met hun muziek voor altijd de manier waarop we dachten over muziek, veranderd heeft — hoe het zou kunnen klinken, wat het zou kunnen doen en wat het zou kunnen betekenen. Hij bevond zich in het midden van het oog van de orkaan tijdens de culturele revolutie in de jaren 60. Hij werd gevolgd door gillend meisjes die luid zijn naam schreeuwden. En ja, er waren er meer die ‘John’, ‘Paul’ en ‘George ‘ schreeuwden, maar toch weerklonk ook zijn naam.
Net als Zelig maakte Starr tijdens deze explosieve periode overal deel van uit en maakte mee geschiedenis. Ze lieten hun haar groeien, kozen voor rare kleren en trokken naar India om er te mediteren met de Maharashi. Het beste spring ik er ineens middenin met mijn eerste vraag denk ik dan maar. En heel eerlijk wat ik het liefst van hem zou weten is of hij ‘het’ nog heeft? Of zit hij gewoon ergens stilletjes in de omgeving van de luchthaven van Wellington?
Je hebt ze zeker gezien die beroemd foto’s. Op 21 juni 1964 komen The Beatles hier in Nieuw Zeeland aan voor hun tournee — en er is Ringo, naast George, Paul en John. Ze stappen uit het vliegtuig en 7000 fans schreeuwen hen enthousiast toe. Elk bandlid krijgt volgens de Maoritraditie een gigantische plastic ‘hei-tiki’ om de nek. Zou hij die nog hebben, vraag ik me af en ik stel me deze oversized tiki voor die ergens rond slingert in zijn luxe huis in Beverly Hills, tot grote ergernis van zijn poetsvrouw die dat ding moet afstoffen.
‘Oh ja hoor, ik heb de mijne nog. Echt waar, ik heb hem nog! Hij ligt ergens thuis, zeker weten,’ zegt hij met een brede grijns. Hij kan zich de tour heel goed herinneren. ‘Ik kwam naderhand nog naar Nieuw Zeeland als toerist, maar de enige keer dat ik er was voor een optreden was tijdens die Beatlestour in 1964. We hadden een fantastische tijd. Het was in onze beginperiode, we gingen de hele wereld rond en werden overal zo goed ontvangen. Ik herinner het me nog goed dat we hier op tournee waren, we hadden een vrije zondag en zaten televisie te kijken op onze hotelkamer en er was een programma over de koolmijnen en daarna een programma over de visindustrie. En zo ging dat de hele dag door, het waren de vreemste televisieprogramma’s die we ooit hadden gezien.’
Ik weersta aan de drang om Starr te vertellen over hoe ontzet hij zou zijn als hij zou horen dat vele Nieuw Zeelanders hopen dat programma’s over de koolmijnen of de visindustrie terug zouden komen en er minder talentenjachten zouden vertoond worden.
Starr in Nieuw Zeeland
Maar ik dwaal af! Ik mag een interview doen met Ringo Starr om zijn tourne te promoten. Ringo Starr en zijn All Starr Band komen optreden in de CBS Arena van Christchurch op 7 februari en in de Vector Arena in Auckland op 9 februari 2013. De All Star Band is een weloverwogen concept, niet alle druk van het frontman zijn wordt op de schouders van Starr geladen, hij krijgt hulp van zijn ‘vrienden’, muzikanten uit andere groepen zoals Richard Page van Mr Mister, Steve Lukather van Toto, Gregg Rolie van Santana en Todd Rundgren.
Ik heb de laatste 23 jaar altijd zo'n ‘All Starr Band’ samengesteld. Ik zing enkele liedjes die ik samen met The Beatles bracht, ik zing liedjes uit mijn solo-carrière, ik zing ook enkele oudere liedjes van Carl Perkins en de bandleden zingen ook enkele bekende nummers: Gregg van Santana zal Black Magic Woman brengen, Steve van Toto brengt Africa. Soms krijg je de kans om een prachtige compilatieplaat te kopen. Wel, wij zorgen voor een fantastische compilatie!’
Ik ben er van overtuigd dat het grootste gejuich zal komen bij het handjevol hits dat ik met The Beatles bracht: de beminnelijke zeemzoet op LSD drijvende eigenzinnigheid van Octopus Garden en Yellow Submarine, Act Naturally uit 1965 en dan is er natuurlijk het overbekende ‘With A Little Help From My Friends’ uit 1967. Dit laatste nummer werd opgenomen de dag voor de fotosessie voor de hoes van Sgt Pepper. Na een vermoeiende nacht konden de andere bandleden hem toch overhalen om in de vroege ochtenduurtjes het nummer in te zingen. De andere bandleden stonden met hem bij de microfoon en gaven hem de nodige morele steun.
Sommige van de solohits van Starr uit de jaren 70 worden nog vaak gedraaid. ‘Photograph’, en ‘It Don’t Come Easy’, maar ook ‘You’re Sixteen’ en ‘Hey! Baby’ zijn daar enkele voorbelden van. Je vraagt je toch even af waarom hij steeds de donkere kantjes van het leven blijft bezingen.
Dankzij The Beatles is hij een rijk man — hij heeft huizen in Surrey, Los Angeles en in Monte Carlo en zijn persoonlijk fortuin wordt geschat op 200 miljoen pond. ‘Baby, you’re a rich man!’. Maar waarom blijft hij in en uit vliegtuigen stappen en blijft hij reizen naar de verste uithoeken van de wereld om er te gaan optreden? Starr kan toch gewoon op zijn luie kont in de zon gaan zitten en zich vorstelijk laten bedienen de rest van zijn dagen.
‘Ja dat zou ik inderdaad kunnen doen, maar zou jij het doen? Ik ben een muzikant en ik krijg de kans om met andere grote muzikanten te spelen, te touren en plezier te maken. Ik hou van het live spelen voor een publiek. Helemaal in het begin, toen ik pas begon speelden we ook live op bruiloften en in kleine clublokaaltjes en theaterzaaltjes, en later met The Beatles speelden we in reusachtig grote stadions, en dan speelden we zelfs in Nieuw Zeeland. Ik doe waar ik van hou en ik voel me dankbaar dat ik dit nog steeds kan en mag doen.’
En als hij tussen twee tournees door een album wilt opnemen dan hoeft hij zelfs zijn huis niet uit. ‘De laatste twee albums werden in mijn keuken gemaakt. Dat is toch fantastisch! Vroeger was dit het gastenverblijf maar ik heb alle gasten er uit gegooid en nu is het mijn eigen studio. Ik ga daar gewoon zitten en neem de tracks op. Ik zit in LA en ken een heleboel muzikanten. Als je langs komt bij mij thuis en je duwt op de voordeurbel doe je wellicht mee op het volgende album. Dat is hoe het in zijn werk gaat.’
De platenindustrie zakt in elkaar
Er is helemaal geen zekerheid dat de mensen deze albums ook zullen kopen. De hits werden zeldzamer sinds Starr zijn solomateriaal op de markt bracht in de jaren 70. De technologie werd belangrijker dan de kwaiteit van de liedjes. ‘De platenindustrie zakt in elkaar. Nu kan je de muziek die je wenst te horen overal vandaan halen — zelfs uit de ruimte. Je kan ook niet om de moderne popmuziek heen, Justin Bieber en Lady Gaga bestaan echt, er is ook de rapmuziek en te midden van dat allegaartje zullen er altijd bands blijven bestaan. Ik ben niet zo blij met die jongensband die alleen maar wat rondhuppelen zonder echt muziek te maken. Ik geef er nog altijd de voorkeur aan om een band te zien en te horen spelen. Maar wat je ook graag hoort, er is altijd iets dat jouw ding is en leuk zult vinden!
‘Vroeger moest je een keuze maken uit 5 of misschien 6 groepen, nu heb je de keuze uit meer dan 100. Er zijn zo veel verschillende muziekstijlen. Het ligt helemaal open en dat is nu net wat ik er zo leuk aan vind. Iedereen kan doorbreken in de muziek, alleen je moet er hard genoeg voor werken.’
De weg naar het succes van Starr was er geen zonder obstakels. Hij werd geboren in 1940 als Richard Starkey, hij groeide op in een koud en vochtig huis van de arbeidersklasse van Liverpool. Zijn vader verliet de familie toen hij amper 3 jaar oud was. Starr was als kind vaak ziek en viel in een coma toen hij 6 was door de complicaties van een blindedarmontsteking. Hij ontwikkelde een chronische borstvliesontsteking toen hij 13 was en verbleef daardoor bijna twee volle jaren in het ziekenhuis. Starr had heel veel last van allergieën en een zwakke maag. Hij werd vegetariër om die kwalen te bestrijden. Hij blijft heel angstig voor ziektekiemen en weigert dan ook vaak iemand de hand te schudden, in plaats daarvan geeft hij de mensen een duw met de elleboog.
In het ziekenhuis tijdens zijn tienerjaren, maakte hij een eenvoudig drumstel van koekentrommels en stukjes brandhout ... hij deed dit om de tijd te doden. Later speelde hij mee in verschillende populaire bands uit Liverpool , dit was een goeie leerschool. En dan werd Starr uitgenodigd om Pete Best, de vorige drummer van The Beatles, te vervangen. En dat sprookje had dus echt wel een happy end!
Nu weigert Starr heel vaak interviews, hij is het zo beu dat mensen steeds maar blijven doorvragen over The Beatles. Hij wil liever ook niet te veel kwijt over zijn persoonlijk leven, hij is gehuwd sinds 1981 met Barbara Bach, voormalig James Bond-girl, en heeft drie kinderen uit zijn eerste huwelijk, een van hen is echt zijn evenbeeld: zoon Zak is drummer geweest bij Oasis en bij The Who.
Als je de keuze aan Starr laat, zou hij graag uitwijden over zijn laatste solo-abum, Ringo 2012, maar eerlijk gezegd vind ik dat een beetje saai. Ik ben veel meer geïnteresseerd hoe hij is als mens. ‘Hoe zou een goeie vriend mij omschrijven? Grappig misschien! Ha ha ha. Een rots in de branding, een vent met spieren als Popeye! In mijn hoofd ben ik 24 en zo fris en fit als een hoentje.’ Echt waar? Maar volgens Wikipedia, de moderne ecyclopedie ben je eigenlijk 72.
‘Neen, helemaal niet. Ik ben 69. En in mijn hoofd ben ik 24.’
Ringo Starr is een zeer grappig man, maar niet iedereen waardeert zijn droge humor. Toen hij in 2008 verscheen in een praatprogramma vroeg gasther Jonathan Ross hem of er iets was van Liverpool dat hij miste. Starr antwoordde: ‘Neen, niets’. Dit kwam niet goed over op zijn geboortestad. Er kwamen klachten binnen bij de BBC, en een wel bijzonder boze burger vernielde een buxus Beatlessculptuur in de buurt van het station van Liverpool (hij sneed het hoofd van Ringo er af). En het hoofd is nog steeds niet gevonden.
Gelukkigste drummer uit de geschiedenis
Hij vertelt vaak grappen die een onderliggende diepe waarheid onthullen. In 2011 verscheen Starr in een komische sketch van de BBC om geld in te zamelen voor de hongersnood in Afrika. Samen met andere bekende sterren zat hij rond de tafel, allemaal wanhopig in de weer om de anderen ervan te overtuigen de beste fundraiser te zijn
Uiteindelijk neemt Sir Paul McCartney het woord, en zegt dat hij de enige person is met internationale slagkracht en dus de klus moet klaren. Paul zegt: ‘Luister eens even —ik was een van de leden van de grootste rock ‘n’ roll band in de muziekgeschiedenis. Mijn muziek heeft miljoenen mensen geraakt, mensen van over de hele wereld. Ik ben de enige Beatle die nog overblijft!’
Dan volgt er een korte stilte en de sterren rond de tafel knikken instemmend. Dan komt Starr uit de hoek: ‘Hoe zit het dan met mij?’ Hier wordt even de draak gestoken met de reputatie van McCartney dat hij arrogant zou zijn, en een bevesting dat mensen de neiging hebben om Ringo te vergeten. Ringo werd nochtans vaak omschreven als ‘de gelukkigste drummer uit de geschiedenis’.
Met hun lyrische en melodische gaven werd meermaals aangenomen dat John, Paul en George de echte sterren waren in de band, terwijl Starr meer voor het grappige aspect zorgde. Even terug luisteren naar de volledige catalogus van The Beatles bewijst dat dit niet echt zo was. Hij wordt echt vaak onderschat alhoewel ook hij een flink deel bijdroeg tot de groep.
‘Echt waar, ik werd nooit aan de kant geschoven in de groep,’ zegt Starr, en hij klinkt een beetje aangedaan en boos omdat het lijkt dat ik dat zelfs maar zou durven te denken.
‘Ik weet waar je naar toe wilt. Voor sommige mensen zal het altijd John, Paul, George ... en Ringo zijn. Ik word inderdaad altijd laatst genoemd.
‘Maar eigenlijk was het muzikaal altijd wij vieren samen, en nu ze de albums van The Beatles geremastered uitbrengen, kan je mijn drums veel beter horen.
‘Die remastering kost me heel veel geld, maar het was het wel waard, want de drums klinken zo veel luider, zo veel beter nu.
‘Toen stoorde het me niet echt, maar nu ik de verbeterde versie hoor weet ik het zeker … die jongen kan drummen, die jongen kan muziek maken!’
Ringo Starr en zijn All Starr Band spelen op 7 februari in Christuschurch en op 9 februari in Auckland.
(bron: stuff.co.nz)
(vert: janien nuijten — colans)