Op 10 december 1963 introduceerde het CBS avondnieuws, met Walter Cronkite, een Engelse band uit Liverpool aan het Amerikaanse publiek.
Deze band veroorzaakte heel wat ophef bij de tieners in Engeland. De daaropvolgende dag werden de Amerikaanse dj’s overstelpt met vragen van tieners om de muziek van The Beatles te draaien. Toen de groep optrad tijdens de Ed Sullivan Show op 9 februari 1964 had nagenoeg de helft van de Amerikanen afgestemd op deze uitzending. Twee maanden later was de ‘Britse invasie’ overal aanwezig, en op de eerste vijf plaatsen ven de Billboard top 100 singles hitlijst stonden 5 Beatlesnummers, dit was nog nooit eerder gebeurd. De drie daaropvolgende jaren domineerden Britse groepen de Engelse en de Amerikaanse hitlijsten. Groepen, zangers en zangeressen als Peter and Gordon, The Animals, Petula Clarc, Herman’s Hermits, The Rolling Stones, The Kinks, Gerry and the Pacemakers, The Dave Clarc Five, Donovan en The Spencer Davis Group veranderden het beeld van de Amerikaanse muziek en ook het muzieklandschap van de popmuziek voor altijd.
Maar waarom hadden de Britse groepen zo’n enorme aantrekkingskracht op de Amerikaanse tieners? Het antwoord is op vele manieren verbazingwekkend. Dit symposium, ‘The Catalina Island Museum presents The British Invasion Rocks America’, onderzoekt voor de allereerste keer de beweging van de Blues van Amerika naar Engeland en terug naar Amerika tijdens de ‘Britse Invasie’.
Spencer Davis, rockicoon en inwoner van Catalina Island, werkte samen met het museum om het symposium te organiseren. Het symposium heeft plaats in het Avalon Casino op 30 juni. The Spencer Davis Group bracht nummers als “I’m a Man" en “Gimme Some Lovin" en maakte deel uit van het rock ‘n roll-wereldje in de jaren zestig.
“Het symposium brengt welgekende namen van zowel de Amerikaanse als de Engelse rock ‘n roll wereld," zei Davis in een recent interview bij hem thuis, waar vandaan hij de haven van Avalon kan overschouwen. “Ik was blij verrast dat mensen als Peter Asher en Micke Dolenz bijna onmiddellijk positief op de uitnodiging reageerden om deel te nemen aan het symposium. Een ding is zeker: alle deelnemers zullen je entertainen, en hoogst merkwaardige verhalen vetellen van de tijd toen zij ‘groots’ waren in het rock ’n roll wereldje."
Ook de zanger van The Monkees, Micky Dolenz, zal er bij zijn. Hij en zijn groep hadden in de jaren 1966 en 1967 verschillende hits zoals “Last Train tot Clarksville" en “I’m a Believer". En er was ook de welbekende televisieserie met Dolenz, Mike Nesmith, Peter Tork en Davy Jones die werd geïnspireerd door de film ‘A Hard Day’s Night’ van The Beatles, en ook het overweldigend succes van The Monkees resulteerde in een enorme platenverkoop, uitverkochte concerten, veelvuldige interviews op radio en televisie. Ze bespeelden zelf hun instrumenten en schreven ook vaak zelf hun teksten, maar het frustreerde de groep dat ze zelf geen creatieve controle hadden over hun muziek. Er waren immers de enorme culturele veranderingen die zich opdrongen in 1967. De groep ging dus de psychedelische tour op en maakten hun eigen film ‘Head’, en dit was zo’n beetje de doodsteek. Maar Dolenz heeft zichzelf bewezen als een uitstekend zanger maar ook als fantastische acteur. Na het enorme succes van The Monkees begon Dolenz een solocarrière en trad ook nog wel eens op met de terug samengebrachte Monkees (Peter Tork en Davy Jones). Ja zeker, de liedjes van The Monkees en zelfs hun televisieserie hebben de tand des tijds doorstaan en ze zijn nog steeds een van de invloedrijkste bands uit de jaren 60. Zij kregen kortgeleden ook een plek in de beroemde ‘Rock and Roll Hall of Fame’ met een bijna onvoorstelbaar overzicht en sinds de dood van Davy Jones wordt het nog pakkender.
Ook Peter Asher zal er bij zijn tijdens het symposium. Hij zal de invloed bespreken van de Britse Invasie. Asher vormde een duo met Gordon Waller, Paul McCartney hielp Peter en Gordon met hun eerste internationale hit ‘World Without Love’. Andere hits volgden snel zoals ‘Nobody I know’, ‘I Don’t Want To See You Again’ en ‘Woman’. Met zijn kenmerkend brilletje werd Peter Asher een welgekende personaliteit in het swingende Londen van de jaren 60 en samen met John Dunbar en Barry Miles opende hij The Indica Gallery. In deze gallerij stelde het werk ten toon van de toen nog onbekende artieste Yoko Ono en werd John Lennon voorgesteld aan zijn toekomstige vrouw.
Toen The Beatles in 1968 Apple Records oprichtten, werd Asher het hoofd van het platenlabel en nam het debuutalbum op van een onbekende artiest, James Taylor. Later verliet hij Apple en verhuisde naar Californië, waar hij heel snel een belangrijk en succesvol producer werd. Hij won drie Grammy Awards. Hij nam verschillende albums op met Taylor en met Linda Ronstadt en die haalden allemaal platina. Hij werkte samen met een hele resem artiesten zoals Cher, Diana Ross, Neil Diamond, Bonnie Raitt en 10000 Maniacs.
Vandaag de dag toert Peter Asher de wereld rond met zijn multi-media show gewijd aan zijn leven en zijn muziek: ‘Peter Asher: A musical Memoir of the Sixties and Beyond.’
Ook Martin Lewis zal aanwezig zijn tijdens het symposium. Hij is een radio en tv-persoonlijkheid en ook een expert op het gebeid van The Beatles. Hij zal het symposium modereren. Lewis zal een interview afnemen van Emperor Rsoko, vroegere dj van de piratenzender Radio Caroline, en ook van de muzikanten Spencer Davis, Peter Asher en Micky Dolenz. Het publiek zal achteraf vragen kunnen stellen. Het symposium gaat door op zaterdag 30 juni om 16.00 uur in het Avalon Casino in Catalina Islands.
(vert: janien nuijten-colans)