Een recensie van Bill Frisell's album 'All We Are Saying...' - prachtige vertolkingen van nummers door John Lennon.
'De liedjes waren er,' zegt de uit Seattle afkomstige gitaarvirtuoos Bill Frisell. 'Het enige wat we moesten doen, was ze spelen.' En zo voelt het betoverende album aan, alsof het er altijd is geweest, als een exotische vogel of vreemde wolk die je nooit eerder is opgevallen.
Frisell begrijp John Lennon - de hartverscheurende tederheid en pijn van de familienummers ('Julia', 'Mother', 'Beautiful Boy'), Lennon's universalistische kracht ('Nowhere Man', 'Across the Universe'), het verlangen naar een betere wereld ('Give Peace A Chance', 'Imagine') en de stoere, boze rocker die 'Revolution' snauwde en funky eiste dat iedereen samenkwam ('Come Together').
Frisell en zijn band - Jenny Scheinman op viool, Greg Leisz op gitaar, Tony Scherr op bas en Kenny Wollesen op drums - vertolken de nummers niet op een jazzy, improviserende manier, maar met een warme en los verweven structuur die krioelt en tuimelt, zich behendig beweegt door plezier, angst en hoogdravende rede. Wat een nalatenschap van John Lennon. Wat zijn we blij dat Frisell er nog is om ons erover te vertellen.
(Bron: seattletimes.nwsource.com)
(Vert.: Ellen Clement)