Oktober 1960, Hamburg. Astrid Kirchherr is klaar met haar modestudie en werkt als assistente voor haar voormalige docent, de fotograaf Reinhart Wolf. 
Haar relatie met Klaus Voormann, een jonge graficus, is allang afgebroken door de vele onenigheden en ze groeien langzaam van elkaar weg. Op een avond, na een zoveelste ruzie, verlaat Klaus de flat en zwerft alleen door de stad. Midden van de nacht, staat hij weer aan de deur van Astrid. Hij wil haar vertellen wat hij zojuist heeft ontdekt in St. Pauli: vijf jonge Engelsen spelen er rock 'n' roll onder de naam The Beatles.
Na een reeks van gesprekken met Astrid Kirchherr, heeft Arne Bellstorf een hart-graphic novel gemaakt die gebaseerd is op de tragische liefdesgeschiedenis tussen de jonge fotograaf en de muzikant en kunstenaar Stuart Sutcliffe. Het boek, 'Baby's in Black ', is zowel een portret van die relatie als een liefdesbrief aan de Hamburgse subcultuur van de jaren zestig, die The Beatles dat duwtje in de rug gaf dat ze nodig hadden om bekend te worden.
Over Stuart zei Astrid het volgende: 'Plotseling werden de beelden die ik had opgeslagen in mijn gedachten weggeduwd en er kwam iets nieuws in de plaats. Dat gebeurde op het moment dat ik hun gezichten zag op het podium … Eerst John, en dan langzaam de anderen ... toen draaide Stuart zich om. Hij had precies wat ik had gezocht in Klaus, en dat bepaalde iets, dat herkende ik onmiddellijk ... en ik kon niet geloven dat ik het had gevonden. '
(Bron: selfmadehero.com)
(Vert: Janien Nuijten-Colans)
