John Lennon speelde kerstman en George Harrison wilde de Hells Angels erbij op het Beatles-feestje in 1968.
Aan hapjes werd gewoonlijk niet veel aandacht besteed bij Apple. Het hoofdkwartier van The Beatles aan Savile Row was eind jaren’60 zo’n heiligdom dat geschrans not done was. In het rokerige kantoor van perschef Derek Taylor kreeg je eerder een glas whisky of iets verdovends. Maar het kerstfeestje van 1968 was een uitzondering. De wispelturige Taylor verordonneerde dat er bergen eten en drinken besteld moesten worden, inclusief de grootste kalkoen die er te vinden was.
Nadat hij John Lennon als kerstman had weten te paaien, solliciteerde Yoko naar de rol van kerstvrouw. Dat beiden vegetariër waren deed niet ter zake — daar maakte je toen nog geen punt van. Te midden van horden kinderen liep John heen en weer in zijn rood pak en wollen baard, ‘ho-ho-ho’ slakend volgens goed gebruik. Yoko, ook in het rood, riep soms verbaasde kindergezichtjes op met haar ‘he-he-he’. Ringo en zijn vrouw Maureen waren er ook, maar Paul en Linda niet. Een groep Hells Angels uit LA - George vroeg iedereen om aardig te zijn voor deze leuke lui — schopte de boel bijna in het honderd. Er was weliswaar genoeg rollade voor iedereen, maar toen de kalkoen maar niet gaar wilde worden, zetten ze hun zinnen op aanwezige vrouwen. Omdat je een Angel niet zo maar terechtwijst, trok ik mij met een bordje terug op de plee. Elke keer als ik rollade eet, moet ik terugdenken aan dat bizar feestje.’
(Bron: guardian.com)
(Vert.: Frank Kremer)