Beatlemania was op zijn hoogtepunt tijdens de verkiezingscampagne in 1964. In een interview uitgezonden door ITN op de vooravond van de verkiezingen, grapt John Lennon: ‘Kom niet aan ons geld, Harold!’
Vergeet Harold Wilson, Sir Alex Douglas Hume, de ‘technologische witte hitte’, de Profuma-affaire en andere gemeenplaatsen, schrijft Ian Searcey. Voor de mediamakers rondom de verkiezingen van 1964 was het allerbelangrijkste uit te vinden wat de Fab Four uit Liverpool, met hun bloempotkapsels, er allemaal van vonden. Je te richten op het hysterische gegil van tienermeisjes in huiskamers overal in het land, terwijl pijprokende vaders het hoofd schudden en mopperen dat die lui hun haar weleens zouden mogen laten knippen.
De onvermijdelijk brave interviewer in dit ITN interview trapt af met de vraag: ‘O.K. jongens, wat vinden jullie van deze verkiezingszaken?’ Waarop Paul McCartney losjes antwoordt: ‘Heel goed….. goede zaken zijn verkiezingszaken’.
En alle vier de Beatles zijn het er over eens, dat het moeilijker is om een politicus te zijn dan een popster- ‘It’s a hard day’s grind’ (‘Het is een dagelijkse kwelling’, vrij naar de titel van hun song ‘It’s A Hard Day’s Night’, red).
Met een woordspeling verwijst George Harrison naar de dan leider van de liberale partij, Joe Grimmond, met zijn opmerking: ‘De situatie lijkt me behoorlijk Grimmond, nietwaar?’, waarmee bij bij John Lennon een sarcastisch lachje ontlokt.
En Lennon — die in 1971 ‘Power to the People’ zong — smeekt uit gekheid Harold Wilson, de nieuwe minister-president: ‘Kom niet aan ons geld, Harold’.
De interviewer sluit af met de vraag: ‘Wat zouden jullie graag willen dat een nieuwe regering inbrengt?’ Antwoord van Ringo Starr: ‘Meer wijn! ‘
Link naar de video: http://link.brightcove.com/services/player/bcpid62612474001?bctid=73405834001
(Bron: channel4.com)
(Vert.: Marijke Snel)