De Cavern – Of ik herinneringen aan de Cavern heb? Nou en of. Mijn eerste herinneringen zijn dat we probeerden om daar geboekt te worden, maar in het begin boekte de Cavern alleen jazz- en bluesartiesten en keken ze neer op beginnende rock & rollers zoals wij. We logen een beetje over ons repertoire en het lukte ons om een afspraak te maken. We begonnen er met liedjes als ‘Long Tall Sally’, waarvan we zeiden dat die was geschreven door Blind Lemon Jefferson, en ‘Blue Suede Shoes’, het beroemde lied van de legendarische bluesartiest Leadbelly! Toen de eigenaren van de Cavern doorkregen wat we aan het doen waren stuurden ze ons kleine notitiebriefjes waarin ze hun beklag deden over wat we aan het doen waren, maar toen was het al te laat en hadden we ons naar binnen weten te werken.
We waren zo volhardend, dat we het uiteindelijk voor elkaar kregen om extra afspraken te maken en al gauw waren we vaste klanten in de broeierige kleine kelder in Mathew Street; en broeierig was het daar: soms viel er condens, afkomstig van het publiek, vanaf het plafond op onze apparatuur, waardoor er kortsluiting ontstond en de elektriciteit uitviel. Dan improviseerden we wat, zongen a capella, wat we ook maar konden bedenken om het publiek mee te laten doen. We leerden de vaste mensen kennen, zoals Bob Wooler, de geweldige DJ, Paddy Delaney, de legendarische uitsmijter, en Ray McFall, de enthousiaste eigenaar.
Mijn tweede, en vervelendste, herinnering was dat we aankwamen bij de Cavern voor een van de vermaarde lunchsessies en ik erachter kwam dat ik mijn Hofner-basgitaar was vergeten, en omdat ik linkshandig was (en ben!) kon niemand me er eentje lenen, dus ik ben snel in een half uur teruggereden naar mijn huis, heb de basgitaar opgehaald, en kwam nog net op tijd terug voor de afsluiting van het Beatles-optreden, waar ik was vervangen door een basgitarist uit een van de andere bands (ik meen me te herinneren dat het Johnny Gustafson van de Big Three was). Of ik ervan baalde? Nou en of!
Het was de broedplaats van wat het beginrepertoire zou worden van de Beatles, en ik zal altijd met veel liefde aan die plaats terugdenken, aan de dagen die ik daar doorbracht met mijn maatjes in die zweterige, vochtige atmosfeer, waar het publiek kauwde op kaasbroodjes, cola naar binnen goot en stukjes papier op het toneel gooide met het verzoek om liedjes te spelen zoals ‘Shop Around’ en ‘Searchin’, voor mensen uit het publiek die zich The Cement Mixers noemde en zo.
Willy Russell, scenarioschrijver, toneelschrijver en auteur (Educating Rita, Shirley Valentine, John, Paul, George, Ringo… and Bert) en geboren in Liverpool, ging op zijn dertiende van school af en ging naar de Cavern om te luisteren naar de bands die er speelden. Hij zegt: “Toen we in de Cavern kwamen, kwam ons een lucht tegemoet van goedkoop parfum, ontsmettingsmiddel en rottend fruit, zeer bedwelmend voor 14-jarigen. De Beatles begonnen net aan ‘Some Other Guy’ en op dat moment eindigde voor mij het leven, terwijl er tegelijkertijd een heel nieuw leven begon.”
(Bron: medium.com)
(Vert: Linda Weller)