Dit project van Electric Light Orchestra had aan het begin van de jaren 1980 moeten worden uitgegeven, een soepel werk dat op melodie is gericht en verwijst naar de Beatlesobsessie uit de tijd van "I Am The Walrus" - zelfs met het vakmanschap dat het handelsmerk is van Jeff Lynne.
Natuurlijk, toen Zoom op 12 juni 2001 werd uitgebracht - nadat alle voormalig leden van Electric Light Orchestra behalve toetsenist Richard Tandy waren vertrokken - was er niet echt een enorme vraag naar wat dit ondergewaardeerde album te bieden had. Zelfs de bijdrages van zowel George Harrison als Ringo Starr konden geen bijzondere belangstelling opwekken. Zoom, het eerste album dat ELO sinds 15 jaar had uitgebracht, verdween zo snel dat een geplande tour werd afgezegd.
Het bleef stil rond de groep tot 2012, toen Jeff Lynne besloot om een solowerk opnieuw nauwgezet op te nemen van de meest bekende hits voor een nieuwe best-of collectie. Dat leidde tot een reeks heruitgaven, ook van Frontiers Records, die Zoom nu in een ander perspectief zetten.
Het album zal uiteraard nooit worden verward met het eigenzinnige, zeer boeiende debuut uit 1971 van Electric Light Orchestra No Answer, maar het wordt ook niet belemmerd door de soms overdreven sierlijke popstructuren van Out of the Blue uit 1977. In plaats daarvan flitst Zoom langs een reeks slim geconstrueerde tracks die herinneren aan alles waardor ELO deel uitmaakte van de muzikale structuur van de jaren 1970, maar met maar weinig van wat het tot een karikatuur van de pretenties van dat decennium maakte.
Natuurlijk was de Beatlesfetish van Jeff Lynne wijd en zijd bekend lang voordat hij in de jaren 1990 als producent met de bandleden werkte - bij albums voor Paul McCartney, Ringo Starr, George Harrison en (door de magie van hun zogenaamde "Three-tles" opnames met oude demo's) zelfs met John Lennon. Echter, de aanwezigheid van zowel Harrison (op "All She Wanted" en "A Long Time Gone") als Starr ("Easy Money" en "Moment in Paradise") klinken niet als een zucht naar aandacht door bekende namen te laten vallen, maar geeft Zoom in feite meer een terugkeer naar het klassieke geluid van Electric Light Orchestra dan dat de oorspronkelijke groep voor elkaar had kunnen krijgen tegen de tijd dat het naar een ongelukkig einde hinkte met het door synthesizers overweldigende album Balance of Power uit 1986.
Als er al iets over te zeggen valt, is het wat geldt voor alle recentere solowerk van het ELO-materiaal: Jeff Lynne speelt opnieuw het grootste deel van de instrumenten, wat betekent dat er bitter weinig echte muzikale interactie is. (Jongens als drummer Bev Bevan, violist Mik Kaminski en wijlen bassist en backing vocalist Kelly Groucutt worden node gemist, zelfs Tandy verschijnt alleen op het openingsnummer). Eindeloze overdubs kunnen de ruige glorie die echte interactie biedt niet nabootsen, en Zoom zou beter af zijn met af en toe een minder gemanicuurde perfectie.
Toch, voor wie op zoek is naar een connectie met de stevige crunch van "Do Ya" (ga naar het stampende "State of Mind"), het melancholische "Telephone Line" (er is een prachtig droefgeestige "Just for Love"), of de tegenzang van "Turn to Stone" (op het schitterende "Lonesome Lullaby"), is Zoom misschien wel het beste album van ELO dat je ooit hebt gehoord.
(Bron: somethingelsereviews.com)
(Vert.: Liesbeth te Boekhorst)