Ringo Starr staat voor het eerst sinds 1981 weer eens op de cover van de nieuwste editie van de Rolling Stone.
De vrolijke Beatle is dit keer serieus, en vertelt over zijn leven tot nu toe. Hij praat over zijn jeugd, die getekend werd door armoede, over zijn strijd tegen drugs en alcohol, tot aan zijn aankomende introductie in de Rock and Roll Hall of Fame als soloartiest. Hij filosofeert ook over het feit of the Beatles ooit weer samen hadden kunnen komen als John Lennon en George Harrison nog zouden leven. Journalist Stephen Rodrick reisde naar Fort Pierce, Florida, om wat tijd door te brengen met Starr terwijl de drummer zich voorbereidde op zijn, naar eigen schatting, 800e soloconcert.
Op de vraag over of er een hypothetische Beatlesreünie had kunnen plaatsvinden, zegt Starr dat hij denkt dat dat mogelijk had kunnen zijn. "Met de technologie van nu, denk ik dat we weer bij elkaar hadden kunnen komen. Ik denk dat het struikelblok geweest is dat we gewoon bij elkaar hadden moeten gaan zitten om te zeggen 'oke, we doen het.' Maar daar zijn we nooit aan toegekomen. Weet je, we hebben er wel in tweetallen over gesproken. Als we een beetje aan het idee hadden kunnen wennen, en er relaxed over geweest waren... we hadden nog steeds als die nummers, en we konden nog steeds muziekmaken. We hadden het samen kunnen brengen. En we hadden uiteindelijk 'A Day in the Life' kunnen spelen. Uiteraard is dat nu onmogelijk. John en George zijn er niet meer."
Het meest in de buurt van een Beatlesreünie komen we op 18 april, wanneer Paul McCartney Starr introduceert in de Hall of Fame in Cleveland. McCartney zegt dat hij het startsein voor het proces gegeven heeft nadat hij een etentje had met Robbie Robertson, die McCartney erop wees dat Beatlesmanager Brian Epstein wél in de Hall of Fame opgenomen is, maar Ringo niet. McCartney: "ik zei: 'ik zal eens kijken wat ik kan doen.' En ik sprak met Bruce Springsteen, en met Dave Grohl, en zij vonden ook dat Ringo erbij moest horen. En ik zei dat ik hem dan zou introduceren. Dat heeft gewerkt."
In het artikel in Rolling Stone legt Starr ook uit waarom hij in 1988 besloot helemaal te stoppen met drank en drugs. "Je wordt er heel eenzaam van, weet je", zegt hij. "Het is koud en eenzaam. Het is uiteindelijk een vreselijke ziekte. Er zijn wel mensen om je heen, maar toch is het eenzaam. Want het enige wat je doet is jezelf slopen, weet je. Maar sinds ik ben gestopt, ben ik nooit meer zo eenzaam geweest."
(bron: rollingstone.com)
(Vert.: Ruby Van Den Bergh-Coenraads)